Objecten opvullen
Opgave
| 1. | 
| Selecteer de knop Verplaatsen en klik op het vierkant. |
| 2. |  | Open de knop Opmaakwerkbalk in de rechterbovenhoek van het Tekenvenster. |
| 3. |  | Klik op dit icoon om het Eigenschappenvenster te openen. |
| 4. | | Open de tab Stijl en kies een opvulling. |
| Tip: Je kunt de kleur van een object wijzigen in de tab Kleur. | ||
| 5. |
| Selecteer de driehoek en geef hem een andere opvulling. |
Types van opvulling
Standaard
Vult het object op in een kleur, bepaald in de tab Kleur. Dezelfde kleur wordt gebruikt voor de begrenzing van het object. In de tab Stijl kan je de transparantie instellen -- b.v. Kegelsneden hebben standaard als ondoorschijnendheid 0, wat betekent dat ze transparant zijn.
Arcering
Het object wordt gearceerd. De hoek van de arcering en de afstand tussen de arceerlijntjes kan je instellen. De lijndikte van de arceerlijntjes is dezelfde als de begrenzing van het object.
Kruisarcering
Het object wordt kruiselings gearceerd. Mogelijke hoeken voor de arceerlijntjes zijn 0° of 45°. De afstand tussen de arceerlijntjes kan je zelf bepalen en de lijndikte is dezelfde als de begrenzing van het object.
Schaakbord
Vult het object op in een schaakbordpatroon, met als mogelijke hoeken 0° of 45° . Je kunt de zijde van de vierkantjes zelf bepalen.
Stippen
Vult het object op met een stippenpatroon, waarbij je de afstand tussen de stippen kunt instellen.
Honingraat
Vult het object op met een honingraatpatroon, waarbij je de afstand tussen de cellen kunt instellen.
Baksteen
Vult het object op met een baksteenpatroon. Je kunt de hoeken en de hoogte van de bakstenen bepalen.
Geweven
Vult het object op met een weefpatroon. Je kunt de hoeken en afstand tussen de weeflinten bepalen.
Symbool
Vult het object op met een patroon, gebaseerd op een symbool dat je kunt selecteren in een lijst. Je kunt de afstand tussen de symbolen bepalen.
Afbeelding
Je kunt als opvulling een afbeelding gebruiken die je opgeslagen hebt op je computer. De afbeelding wordt periodiek herhaald. ZIjn afmeting wordt bepaald in pixels en de linkerbovenhoek wordt uitgelijnd op de linkerbovenhoek van het venster.
Je kunt ook de optie Omgekeerde vulling aanvinken. Hierbij wordt het geselecteerde patroon toegepast op heel het Tekenvenster, behalve het geselecteerde object.