Losse gegevens in het tabelvenster
- Auteur:
- chris cambré
- Onderwerp:
- Statistiek
de beschrijvende maten van losse gegevens
- Open het tabelvenster
.
- Typ in de tweede kolom (y_1) een reeks losse gegevens.
- Klik achter y_1 op de knop
Meer en selecteer y_1 Statistieken. In een dialoogvensster lees je de beschrijvende maten voor de ingevoerde lijst af: gemiddelde, standaardafwijking, minimum, Q1, mediaan, Q3 en maximum.
histogram en boxplot
- Open het
Algebravenster.
- Typ als invoer y_1 en creëer de lijst l1.
- Klik op de knop
Meer en selecteer Statistiek. Het algebravenster toont nu de vijf-getallensamenvatting met hierin b = min en f = max.
- Typ als invoer Histogram(Rij(b - .5, f + .5, 1), l1) en creëer een histogram. Hierin is Rij(b -.5, f + .5 , 1) een lijst met de klassengrenzen en l1 de lijst met hoogtes. Opmerking: Uiteraard kan je de lijst met klassengrenzen ook door opsomming bepalen.
- Typ als invoer Boxplot(-2, 1, l1) en creëer een boxplot 2 eenheden onder de x-as en als hoogte 1.
waarden aanduiden op histogram en/of boxplot
De waarden van de beschrijvende maten kun je gebruiken om ze als punten weer te geven op het boxplot en het histogram.
- Gem = (gemidd(l1), 0) creëert op de x-as een punt dat het gemiddelde aanduidt.
frequentietabel
Je hoeft zelf de waarden niet te turven om een frequentietabel met absolute of cumulatieve frequenties op te stellen. Vanuit de lijst l1 met de waarden in de kolom y1 creëer je als tekstobject:
- een frequentietabel met de absolute frequenties als: Frequentietabel(l1),
- een frequentietabel met de cumulatieve frequenties als Frequentietabel(true, l1).
- Wil je met cumulatieve waarden werken, dan voeg je vooraan true toe.
- Wil je niet de frequenties uit de lijst weergeven, dan voeg je achteraan twee parameters toe: true en een aanvullende factor waarmee je de waarden in de lijst met frequenties wil vermenigvuldigen. Deze twee vuistregels gelden ook voor histogrammen.